Harelbeke: het financieel plaatje

Op 21 december 2021

Op de laatste gemeenteraad van 2021 op 20 december werd opnieuw een aanpassing van de meerjarenplanning - lees als: 'de beleidsplannen voor de komende jaren' - goedgekeurd. N-VA-fractieleider Wout Patyn nam die plannen onder de loep en zoomde specifiek in op de financiële toestand van de stad. Hieronder kan u zijn integrale tussenkomst lezen.

Beleidsmatig

"Ik heb even getwijfeld of ik wel een tussenkomst zou houden, wat ik bij deze dus wel aan het doen ben, maar vooral ook op welke manier ik die dan zou invullen.

Je kan die immers sterk politiek inkleuren, maar dat is iets wat we met onze fractie in het verleden reeds gedaan hebben met de meerjarenplanwijziging in december 2020. Een jaar geleden hebben we ook die wijziging stevig bekritiseerd. Ik denk bijvoorbeeld aan de stevige budgetdalingen in het vrije tijdsproject (3,5 miljoen euro), de afwezigheid van toekomstvisie voor CC Het Spoor waar we tot op vandaag nog steeds op wachten, enkele dalingen in de mobiliteitsbudgetten en lokale economie-projecten enzoverder.

We zien dat in deze meerjarenplanwijziging het zelfde pad bewandeld wordt, op enkele bijsturingen na.

Het lijkt me dus ook overbodig om onze toenmalige kritiek klakkeloos te herhalen, want die blijft grotendeels nog overeind. Want we zien – en dat zeggen jullie trouwens zelf in de meerjarenplanning en dat lijkt me ook wel de bedoeling – geen grote beleidswijzigingen voor de komende jaren, maar wel een verdere uitvoering van wat reeds gepland was.

Dat brengt mij dan tot de vraag: “Waarover kan ik als gemeenteraadslid nog tussenkomen?” Eventueel op concrete plannen, maar dat zet me ook blok omdat heel wat van die plannen nog niet voldoende uitgewerkt zijn of er nog geen ‘definitieve’ beslissing werd genomen. Met andere woorden er blijft wel nog het een en ander vaag. Denk maar aan de wegenprojecten waarover de participatie- en studiemomenten nog moeten gebeuren, over het grote infrastructuur- en inrichtingsproject op De Mol – dat we trouwens al meermaals uitvoerig kritisch benaderd hebben – daarover moet nog een scenariobeslissing genomen worden, de toekomst van CC Het Spoor, de toekomst van Ceder aan de Leie … Allemaal projecten die in de stijger staan, maar nog onvoldoende invulling hebben. Ik ga die punten dus niet allemaal aanhalen, maar wachten tot die concreter op de agenda komen te staan.

“Waar kan ik nog op tussenkomen?” Ik kan bijvoorbeeld enkele projecten aanhalen die me eigenlijk wel bekoren.

Het Vrije Tijdsproject Bavikhove zal stap voor stap gerealiseerd worden de komende jaren. Een project dat nu al over verschillende legislaturen heen loopt, en ik vrees ook dat de lintjes voor de volledige afwerking pas geknipt zullen worden in de volgende legislatuur. Maar het is een nodig project dat Bavikhove sterk zal opwaarderen.

Enkele wegenprojecten die de verkeerssituatie en het straatbeeld aanzienlijk zullen verbeteren. De geplande werken in een deel van de Steenbrugstraat – al is het jammer, helaas om budgettaire redenen dat het om een beperkt deel van de straat gaat tussen de Beneluxlaan en de Generaal Deprezstraat. De grote werken in de Stasegemsesteenweg – die jullie trouwens bijgestuurd hebben, waarvoor dank - de Politieke Gevangenenstraat, alsook de snelheidsremmende maatregelen in Veldrijk. De snelheidsremmende maatregelen op de Heerbaan die eraan zitten te komen. En zo zijn er nog wel enkele.

En een tal van kleinere projecten: heraanleg omgeving/parking van onze stedelijke muziekacademie, het bomenplan¸ verdere uitbreiding van het warmtenet … enzoverder.

Maar los van dit alles, wil ik het vandaag eens kort hebben over de financiële situatie van onze stad. Eerder beschouwend en waarschuwend, dan oordelend. Een financiële situatie die jullie aan het begin van de legislatuur stevig bijgestuurd hebben door een 20%-belastingverhoging op de onroerende voorheffing in te voeren.

Financieel plaatje

Tegelijk zien we dat onze financiën nog steeds onder druk staan. Uiteraard heeft dat meerdere oorzaken, en daarvan liggen er ook enkele niet in jullie handen, maar dat neemt niet weg dat er nog steeds aan de slag moet gegaan worden met de situatie zoals die zich aandient. Ons standpunt is daarin duidelijk: dit kan en moet zonder extra te belasten.

Aansluitend bij het financiële plaatje, misschien eerst een positieve noot. Ik ben tevreden dat jullie als bestuur sterk inzetten om zoveel mogelijk subsidies binnen te halen voor tal van projecten. In de meerjarenplanning staan tal van voorbeelden waardoor onze stad zichzelf kan verbeteren door beroep te doen op subsidies, voornamelijk met dank aan de Vlaamse regering die onze lokale besturen in Vlaanderen bijstaat door een investeringsklimaat te bevorderen en financiële lasten – denk aan de responsabiliseringsbijdrage – te verlichten. Een korte opsomming: Vlaamse subsidies voor noodopvang in onze scholen, alsook voor investeringen in ICT-infrastructuur, coronasubsidies zowel van de Vlaamse als de federale overheid, heel wat Vlaamse mobiliteitssubsidies zoals Kopenhagensubsidies voor fietsinfrastructuur en subsidies voor de plannen voor veilige schoolomgevingen, de plannen om de Gaverbeek open te leggen, klimaat- en energiesubsidies … enzoverder. Jullie trachten er gretig gebruik van te maken wat verstandig is.

Minder positief zijn de financiële vooruitzichten voor onze stad. De exploitatie-uitgaven blijven stijgen en dit ook sneller dan de exploitatie-inkomsten. Dit zet onze stadsfinanciën onder druk. Dat betekent dat er in de toekomst besparingen zullen moeten uitgevoerd worden in de – en vooral ‘lopende’ – uitgaven van onze stad.

We zien dat jullie al lichtjes willen anticiperen daarop door de looptijd van een pak leningen aan te passen van 10 naar 20 jaar. Dat mag de leenlast wel spreiden over een langere periode, maar het schuift wel de lasten door naar de volgende legislaturen wat zal wegen op de toekomstige financiën. Ook de verkoop van patrimonium kadert hier in, alsook de vele kavels en woningen die erbij komen in onze stad want dat betekent extra belastinginkomsten.

Ook de schuld stijgt – voornamelijk absoluut gezien – aanzienlijk met meer dan een verdubbeling, want er werd (voorlopig) voor 27 miljoen euro aan nieuwe leningen aangegaan deze legislatuur. En dat is een serieuze stijging. Dit zal de solvabiliteit – hoewel de rentevoet nog steeds laag ligt – aantasten van onze stad en daarmee ook ons toekomstig investeringsbudget.

En dat brengt me bij een pleidooi dat ik al meerdere malen heb gehouden: naast leenlastspreiding, de extra belastinginkomsten, verkoop van patrimonium, besparingen … zal absoluut ingezet moeten worden op een kerntakenbeleid. “Wat gaan we (nog) doen als stad, en wat niet?” Nu heerst een algehele politieke tendens om zich met alles te willen inlaten. Ook mede omdat er een onmogelijk verwachtingspatroon gecreëerd wordt bij burgers. Dit kan niet zo blijven doorgaan en onvermijdelijk zal men stuiten op grenzen. Daar begint men beter vroeg dan laat mee. Daarom moet zo snel mogelijk werk gemaakt worden van een stevige doorlichting – waarmee ik niet zeg dat daar nog geen stappen zijn gezet – van alles diensten en projecten om te kijken waar efficiëntiewinsten te halen zijn.

Tot slot, kijk ik alvast uit naar volgend jaar waar opnieuw tal van projecten zullen opgestart worden en naar de debatten die daarop zullen volgen. En ik heb de olifant in de kamer bewust nog niet vernoemd, namelijk de coronacrisis, die ook zal blijven wegen op de werking van onze stad in tal van domeinen. Wij zullen ons zoals steeds kritisch, maar constructief opstellen."

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is